Weekthema 14: In Gods gezin
Wie op zoek gaat naar het plan van God, leeft met een hart dat naar God uitgaat. Koning David wist wat dit betekende. Even leek het dat hij in het leger van de vijand zou strijden, maar God verhinderde dat. God had een beter plan voor hem. Joab smeedde eigen plannen. Dit eindigde in manipulatie en moord. Wie Jezus kent en volgt, ziet noden van anderen en ervaart hoe God mensen liefheeft. De eigen agenda heeft plaats gemaakt om de wil van God te doen.

Lees elke dag: Markus 3:34-35
En terwijl Hij rondom Zich keek naar hen die om Hem heen zaten, zei Hij: Zie, Mijn moeder en Mijn broeders; want wie de wil van God doet, die is Mijn broeder en Mijn zuster en Mijn moeder.

Maandag – David weggestuurd
Lezen: 1 Samuël 29:1-7

Het leger van de Filistijnen had zich opgesteld. Het leger van Israël werd aangevoerd door Saul en zijn zonen. Aan het hoofd van het Filistijnse leger stond Achis, de stadsvorst van Gath. David had bij deze koning bescherming gezocht toen hij vluchtte voor Saul. Hij vond het goed dat David met zijn mannen meevochten in de achterhoede van zijn leger.

David bevond zich in een moeilijke situatie. Indien hij in de oorlog tegen Israël vocht, werd hij door zijn eigen volk als de vijand beschouwd en meer nog, zou hij een vijand zijn van de God van Israël. Hoewel hij nooit eerder Saul wilde doden, leek het dat hij nu bereid was om dit wel te doen. Maar Gods plan was anders. De stadsvorsten reageerden. De aanwezigheid van David in het Filistijnse leger zou verwarring brengen. David en zijn mannen stonden bekend als krijgshelden. Indien ze voor Saul vochten, zouden vele Filistijnen omkomen. Toen Achis er niet in slaagde de andere stadsvorsten te overtuigen, was David verplicht om zich terug te trekken. Allicht heeft God verhinderd dat David zou optrekken tegen zijn eigen volk, om zijn later koningschap te beschermen.

Gebed
Vader in de hemel, soms begrijp ik niet wat me overkomt. Ik ben dankbaar dat U over me waakt.

Dagsluiting
Lees 1 Korinthe 10:13. Paulus vertelde aan de christenen van Korinthe dat hij zich geen moeite had gespaard om het Evangelie te brengen. Hij rekende hierbij niet op een goed loon. Paulus vergeleek het christenleven met het lopen van een wedstrijd. Dit is een wedstrijd met hindernissen, met verzoekingen. “En dit,” zei Paulus, “moet je niet verwonderen. Maar, God zorgt steeds voor een oplossing.” Hij is trouw, ook voor jou.

Van kaft tot kaft
Lees tijdens dit weekend de Bijbelgedeelten van het Oude en het Nieuwe Testament die vermeld staan in het leesrooster.

Dinsdag – Genezing op sabbat
Lezen: Markus 3:1-6

Het was sabbat, en Jezus ging zoals gewoonlijk naar de synagoge. Er waren Farizeeën aanwezig die bewijsmateriaal verzamelden om Jezus aan te klagen. Ze meenden dat genezing op sabbat een overtreding van de sabbatsrust was. Jezus liet Zich niet intimideren door zijn tegenstanders. Overal waar Hij kwam vertelde Hij over het Koninkrijk van Zijn Vader. Wanneer er zieken aanwezig waren, genas Hij ze. Jezus zag een man met een verschrompelde hand. Door zijn handicap was hij niet in staat om te werken. Hij was verplicht om te bedelen, totdat Hij Jezus zag.

De Farizeeën zagen de nood van de man niet. Zij zochten hun gelijk. Zij zagen de ontferming van Jezus niet. Ze wilden Hem uit de weg ruimen. Hun tegenwerking was absurd. Toen Hij de man vroeg om in het midden te staan, confronteerde Jezus de omstaanders met hun haat en bitterheid. Ze waren bezig met de traditie van de sabbatsrust, en gaven niet om de man. Jezus wilde dat ze naar hem keken. Toen Hij zag dat dit niet hielp, werd Jezus boos. Hij was verdrietig. God had priesters en Schriftgeleerden aangesteld om goed voor Zijn volk te zorgen, maar zij wilden alleen maar dode regels. Zelfs toen ze zagen dat de man zijn hand uitstrekte en genas, geloofden ze niet. Ze maakten plannen om Jezus te doden.

Gebed
Heer Jezus, U hebt alle macht in de hemel en op de aarde. U spreekt en geneest! Dank U wel.

Dagsluiting
Lees Exodus 20:8-11. Toen God de hemel en aarde schiep, rustte Hij. Het was een dag die Hij apart zette om te genieten van Zijn arbeid. God vroeg aan Zijn volk om Zijn voorbeeld te volgen. Ook wij mogen deze dag samenkomen om te vieren dat God goed is. Op deze rustdag mag je dankbaar zijn voor wat God in je leven doet. De Heere God staat centraal op deze heilige dag.

Van kaft tot kaft
Lees tijdens dit weekend de Bijbelgedeelten van het Oude en het Nieuwe Testament die vermeld staan in het leesrooster.

Woensdag – De schuld van Joab
Lezen: 2 Samuël 3:33-39

Na de dood van Saul, sloot David een verbond met Abner, de legeroverste van Saul. Deze beloofde de stammen van Israël onder het gezag van David te brengen. Door dit verbond zou Abner naast Joab, de legeroverste van David, komen te staan. Joab voelde zich bedreigd. Eerder had Abner Asahel, de broer van Joab, in de strijd gedood. Joab gebruikte dit als voorwendsel om Abner op een brutale manier te vermoorden. Zo kwam Abner om, door een misdaad en zonder juridisch proces. Na Abners’ begrafenis was er een maaltijd. David weigerde om te eten. Hij wilde een teken geven. Hij had geen toestemming gegeven om Abner te vermoorden. De schuld van deze moord mocht niet op hem of op het volk terecht komen. Door deze dag te vasten twijfelde niemand meer aan de onschuld van David.

David was een man naar het hart van God. Hij nam het recht niet in eigen handen. Hij beantwoordde de wraakactie van Joab niet met vergelding. Hij liet de wraak bij God en zei: “Moge de HEERE de kwaaddoener vergelden naar zijn kwaad!” Zo werd het voor iedereen duidelijk dat deze moord niet van de koning uitging. De schuld van deze moord kwam op Joab terecht. Hij moest zelf zijn schuld dragen. Dat was zijn straf.

Gebed
Vader in de hemel, wilt U me leren om geduldig als David te zijn.

Dagsluiting
Lees Romeinen 12:9-21. De Heere God wil dat we goed zijn voor elkaar. Jezus leerde om Zijn voorbeeld te volgen. Indien we bereid zijn om elkaar te dienen, zal er bij Zijn volgelingen vrede zijn. Vrede betekent dat je het recht niet in eigen handen neemt, maar rustig blijft terwijl je doet wat God van je vraagt.

Van kaft tot kaft
Lees tijdens dit weekend de Bijbelgedeelten van het Oude en het Nieuwe Testament die vermeld staan in het leesrooster.

Donderdag – Gods gezin
Lezen: Markus 3:31-35

Vele mensen volgden Jezus overal waar Hij ging. Toen Hij was thuisgekomen, volgden mensen Hem zodat Hij zelfs niet de tijd had om te eten. Zijn moeder en broers hoorden wat er gebeurde, en wilden met Jezus praten. Maar Zijn huis was overvol en ze konden niet naar binnen. Jezus wist wat ze dachten. Ook al was hun bezorgdheid oprecht, nu was de tijd gekomen om de wil van Zijn hemelse Vader te doen. Het was Zijn missie om mensen bij God te brengen. Het ging niet om Hem. Jezus heeft steeds gewezen op Zijn Vader. Dat was het doel van Zijn leven: God als Vader doen kennen.

Op het moment dat Maria en Zijn broers buiten stonden te wachten, vertelde Jezus aan mensen over het hemelse Koninkrijk. Al wie gelooft dat Jezus de Zoon van God is, mag deel uitmaken van dit Rijk. Tijdens het leven van Jezus geloofden Zijn broers nog niet in Hem. Af en toe schreven ze Hem voor wat Hij moest doen, maar Jezus liet dit niet toe. Ook nu wilden ze Jezus terechtwijzen. Maar Hij onderwees hen dat Hij in de eerste plaats Zijn Vader gehoorzaamde. Wie Hem daarin volgde, had deel aan Gods gezin.

Gebed
Vader in de hemel, dank U wel dat ik mag deel zijn van Uw gezin.

Dagsluiting
Lees 1 Johannes 3:1-3. Wie God kent heeft Hem lief. Wie God kent, kent Zijn Zoon, Jezus Christus. Jezus heeft ons de Vader doen kennen, en wie Jezus heeft aangenomen, is kind van God geworden. Wanneer je dit vertelt aan mensen die niet geloven, maak je geen indruk op ze. Maar in het Koninkrijk van God ben je belangrijk. Wanneer Jezus terugkomt, mag je zijn waar Hij is. Dan zal je Hem zien zoals Hij is: Schitterend!

Van kaft tot kaft
Lees tijdens dit weekend de Bijbelgedeelten van het Oude en het Nieuwe Testament die vermeld staan in het leesrooster.

Vrijdag – Het eeuwig Koningschap
Lezen: 2 Samuël 7:8-13

David was een machtige koning geworden. Hij had zijn vijanden overwonnen. Toen hij voor God een tempel wilde bouwen, kwam de profeet Nathan bij hem. God had David lief. Hij herinnerde David dat Hij hem toen hij nog schaapsherder was, had uitgekozen. Hij had hem steeds voor vijanden beschermd. God had hem tot koning gemaakt en had hem het land dat Hij aan Abraham beloofde, gegeven. Er brak een nieuwe tijd aan. Het koninkrijk Israël werd gevestigd en de nationale eenheid werd zichtbaar. God kondigde via Davids nageslacht een eeuwig koningschap aan. Via de Heere Jezus is dit koningschap voor eeuwig vastgelegd.

Niet David heeft een tempel gebouwd, maar zijn zoon Salomo. Bij de opening van de tempel heeft Salomo gebeden: “Ik heb immers een huis gebouwd als een woning voor U, een vaste woonplaats voor U, in alle eeuwigheid (1 Koningen 8:13).” De Heere Jezus vergeleek Zijn lichaam met deze tempel van Jeruzalem (Johannes 2:19). Na drie dagen werd de tempel van Zijn lichaam opgewekt en deze tempel is in de hemel totdat Jezus terugkomt naar de aarde. Het Koninkrijk van Christus is niet op aarde, en Zijn tempel is niet door mensen gebouwd. Zijn tempel is het hart van de wedergeboren christen. De aanwezigheid van Christus in harten van mensen blijft voortduren tot aan het einde van de wereld.

Gebed
Heere Jezus, U leeft in mij! Dank U wel dat mijn lichaam een tempel is van Uw Heilige Geest. Helpt U me om er goed voor te zorgen?

Dagsluiting
Lees 1 Korinthe 6:12-20. In Korinthe bekeerden vele mensen zich van een losbandig leven. Dit betekende dat in korte tijd hun levensstijl veranderde. Dat was voor velen niet eenvoudig. Ieder die Jezus kent, is gekocht en betaald met de hoogste prijs. Je lichaam is om God te dienen, en dus besmet je je lichaam niet door hoererij en onreinheid.

Van kaft tot kaft
Lees tijdens dit weekend de Bijbelgedeelten van het Oude en het Nieuwe Testament die vermeld staan in het leesrooster.

Tijdens het weekend

Van kaft tot kaft
Lees Oude en Nieuwe Testament teksten die vermeld staan in het leesrooster op de dag van vandaag.

Denk na over de volgende vragen:

  1. Wat staat er in het gedeelte over God (Vader – Zoon – Heilige Geest)?
  2. Wat staat er over de mens?
  3. Een na te laten zonde?
  4. Een te volgen voorbeeld?
  5. Iets wat u aanspreekt?
  6. Hoe zult u dit in de praktijk brengen?

Neem tijd voor gebed.

Je kunt deze dagopeningen ook volgen via de app van het Centrum voor Pastorale Counseling: